ABONNEER NU!

EN KRIJG TOEGANG TOT VAKKENNIS


Probeer de eerste maand GRATIS
Daarna slechts € 230 per jaar (excl. btw)
Huidige filter(s):

Rechtbank Limburg 27-03-2025, ECLI:NL:RBLIM:2025:2957

Essentie (redactie)

De kantonrechter wijst verzoek vd bewindvoerder om een forfaitaire beloning voor werkzaamheden gerelateerd aan de verhuizing van betrokkene af. Administratieve handelingen die een bewindvoerder altijd moet verrichten bij de verhuizing van een betrokkene (met of zonder mentor) vallen onder de standaardwerkzaamheden. Daarmee gaat de Ktr voorbij aan de uitspraak van het Hof Arnhem-Leeuwarden , waarin werd gesteld dat de bewindvoerder recht had op een beloning als er geen mentor was.


Datum publicatie04-04-2025
ZaaknummerNL:TZ:0000294660:B001
ProcedureBeschikking
ZittingsplaatsMaastricht
RechtsgebiedenCiviel recht; Personen- en familierecht
TrefwoordenMeerderjarigenbescherming; Bewind
Wetsverwijzingen

Inhoudsindicatie Rechtspraak.nl

Verzoek van de bewindvoerder om een beloning vast te stellen voor de verhuizing van betrokkene waarbij enkel administratieve taken zijn uitgevoerd.

Volledige uitspraak


RECHTBANK LIMBURG

Toezicht

Locatie Maastricht

toezichtnummer

:

NL:TZ:0000294660:B001

CBM-nummer

:

BM400649

beschikkingsnummer

:

001

datum

:

27 maart 2025

Beschikking van de kantonrechter


op verzoek van:

Driepas Bewindvoering Voorjans B.V.,
Postbus 2733, 6201 JA Maastricht,
Kamer van Koophandel-nummer 86801406,

hierna te noemen: verzoeker,


met betrekking tot:

[betrokkene] ,
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1988,
wonende te [adres] , [woonplaats] ,
hierna te noemen: betrokkene.

Procedure

De kantonrechter heeft kennisgenomen van het verzoek (met bijlagen), ontvangen op 18 maart 2025.

De kantonrechter heeft op grond van de ontvangen informatie afgezien van een mondelinge behandeling.

het verzoek

Verzoeker verzoekt de kantonrechter om een beloning toe te kennen voor een

verhuizing en licht het verzoek als volgt toe.

Betrokkene is verhuisd nadat zijn detentie is beëindigd. Betrokkene is per 24 februari

2025 verhuisd naar inrichting (Mondriaan Forensische Zorg). Hierdoor heeft

verzoeker de volgende werkzaamheden moeten verrichten: Adres wijzigingen bij

instanties doorgegeven. Verzekeringen nagelopen Bijstand en bijzondere bijstand

aangevraagd (verhuisd naar andere gemeente) Communicatie met begeleiding en

cliënt over benodigdheden, etc.

De beoordeling

Op grond van artikel 3, vijfde lid, aanhef en onder b, van de Regeling beloning

curatoren, bewindvoerders en mentoren (hierna: de Regeling beloning) – voor zover

hier relevant – kent de kantonrechter naast de jaarbeloning in voorkomende gevallen,

in geval er geen mentor is, een forfaitaire beloning toe voor een verhuizing

In de artikelsgewijze toelichting bij de Regeling beloning (Staatscourant 2014, nr.

32149, p. 14) staat bij artikel 3, vijfde lid, onder b, vermeld: “De werkzaamheden in

het kader van een verhuizing vallen in beginsel onder de taak van de mentor. Daarom

dient een beloning voor werkzaamheden in het kader van een verhuizing alleen te

worden toegekend indien de rechthebbende daartoe zelf niet in staat is en er geen

mentor is die de verhuizing kan regelen.”

In de Aanbevelingen meerderjarigenbewind (vastgesteld op 31 januari 2023) staat in

paragraaf C8 over de beloning bij verhuizing vermeld: “Ten aanzien van de extra

beloning in verband met verhuizen geldt dat dit een beloning is voor de inspanningen

die een bewindvoerder verricht ten aanzien van de feitelijke verhuizing van de

betrokkene. Daarbij kan gedacht worden aan de bewindvoerder die een verhuisbedrijf

moet inschakelen, die een schoonmaakploeg moet inhuren en dergelijke, omdat de

betrokkene en zijn sociale omgeving of mentor dit niet zelf kunnen regelen. De

bewindvoerder moet vermelden waarom de betrokkene dit niet zelf kan. De

administratieve werkzaamheden die gepaard gaan met een verhuizing horen tot de

normale taak van een bewindvoerder.”

Uit bovenstaande blijkt dat de verzochte forfaitaire verhuiskostenvergoeding met name bedoeld is voor werkzaamheden die in eerste instantie door rechthebbende zelf moeten worden uitgevoerd. Als dat niet kan, dan is het aan de mentor, en pas als die er niet is, is het aan de bewindvoerder om de verhuiswerkzaamheden te (laten) verrichten. Uit de artikelsgewijze toelichting op de Regeling beloning volgt dat de bewindvoerder geen recht heeft op de beloning als er een mentor is die de verhuizing kan regelen. Ook in die situatie moet de bewindvoerder administratieve werkzaamheden rondom de verhuizing verrichten. Het gaat hier kortom dus niet om een beloning voor de administratieve handelingen die een bewindvoerder altijd dient te verrichten als een cliënt verhuist.

De kantonrechter gaat hiermee voorbij aan de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 4 februari 2025 (ECLI:NL:GHARL:2025:563). In deze uitspraak heeft het Hof geoordeeld dat zodra er sprake is van een verhuizing en er geen mentor is die betrokkene bij de verhuizing kon ondersteunen de bewindvoerder de aangewezen persoon is om dat te doen en dat dan de betreffende forfaitaire beloning wordt toegekend. Anders dan het Hof is de kantonrechter namelijk van oordeel dat de administratieve handelingen die een bewindvoerder altijd dient te verrichten bij de verhuizing van een cliënt (of er nu wel of geen mentor is) vallen onder de standaardwerkzaamheden van een bewindvoerder en daarmee niet onder de werkzaamheden vallen waarvoor de regeling een beloning bij verhuizing toekent.

Nu verzoeker geen andere werkzaamheden dan de genoemde administratieve handelingen heeft gesteld, wordt niet voldaan aan voornoemd criterium. Het verzoek zal daarom worden afgewezen.

beslissing

De kantonrechter:

- wijst het verzoek af.

Deze beschikking is gegeven door mr. G.M. Drenth, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op 27 maart 2025.

Tegen deze beschikking kan -uitsluitend door tussenkomst van een advocaat- hoger beroep worden ingesteld bij het Gerechtshof 's-Hertogenbosch:
a. door de verzoeker en degenen aan wie een afschrift van deze beschikking (digitaal) is verstrekt of verzonden binnen drie maanden na de dag van de uitspraak;
b. door andere belanghebbenden binnen drie maanden na betekening daarvan of nadat deze beschikking hun op andere wijze bekend is geworden.

meer blogs >> podcasts >>

BLOGS en PODCASTS

Podcastgesprek: Uitspraken 2022 - dé keuze van de hoofdredactie (1)
Mr. Rob van Coolwijk en Mr. André van Oosten en Mr. Hanneke Moons, 06-12-2022
De drie hoofdredacteuren van de Kennisbank Familierecht gingen met elkaar om tafel. In deze tweedelige Podcast bespreken zij twaalf interessante uitspraken uit 2022.
Internationaal huwelijk – vermogensrechtelijke gevolgen
Mr. Irene Kroezen, 01-02-2022
Op het huwelijksvermogen van expats kunnen in de loop van de tijd twee verschillende stelsels van toepassing worden. De auteur licht toe tot welke - mogelijk ongewenste - gevolgen dat kan leiden.
Huwelijk naar burgerlijk én islamitisch recht: do’s en don’ts
Florian Drenth, LLM, 21-12-2021
Hoe om te gaan met de islamitische huwelijkssluiting binnen de Nederlandse rechtsorde? In dit artikel passeren verschillende aspecten de revue.
Internationaal huwelijk: toepasselijk recht huwelijksvermogensregime
Mr. Irene Kroezen en Mr. Sandra Verburgt, 28-09-2021
Aanstaande echtgenoten hebben vaak weinig aandacht voor hun huwelijksvermogensregime. Maar bij een internationaal huwelijk kan de vraag naar het toepasselijke recht dan tot een juridische puzzel leiden.
Nederlandse rechter breidt rechtsmacht uit tijdens coronapandemie
Mr. Maria Bowmer, 24-05-2021
De coronapandemie en bijkomende reisbeperkingen bemoeilijken een echtscheiding in het buitenland. In een recente uitspraak breidde de Rechtbank Den Haag daarom haar bevoegdheid uit op grond van forum necessitatis.
Meerderjarigenbescherming: Nederland een bemoeizuchtig forum?
Mr. Alexander Leuftink, 01-03-2021
Veel problemen die voortvloeien uit grensoverschrijdende migratie van kwetsbare volwassenen kunnen worden opgelost door ratificatie van het Haags verdrag bescherming volwassenen 2000. Meer hierover in dit artikel.
Tips voor een ouderschapsplan bij internationale echtscheidingen
Mr. Maria Bowmer, 04-07-2019
Waar moet je aan denken bij het opstellen van een ouderschapsplan als de ex-partners na de scheiding in verschillende landen gaan wonen? Maria Bowmer geeft in deze blog een aantal tips uit de praktijk.
Internationaal huwelijk? Expats, let op! De nieuwe EU-verordening is in werking getreden
Uit de media
Mr. Marina Marić, 13-06-2019
Als een Europees echtpaar in Nederland is gevestigd en besluit te gaan scheiden, welk recht is dan van toepassing op de verdeling van het huwelijksvermogen? En kan er een rechtskeuze worden gemaakt voor een ander rechtsstelsel?
Procederen in het erfrecht: een vak apart
Mr. Ton van Acht, 29-04-2019
Het erfrecht is een lappendeken van verzoekschriftprocedures (verzoeken) en dagvaardingsprocedures (vorderingen) die niet in één procesinleiding kunnen worden gecombineerd. Vaak is er echter júist een combinatie van beide nodig.
Internationale omgangsregelingen: waar moet je op letten?
Mr. Marjet Groenleer, 12-09-2018
Er worden steeds meer internationale relaties aangegaan. Het aantal internationale relatiebreuken stijgt daarmee ook. Niet zelden zijn er kinderen betrokken. Maar het vaststellen van een internationale omgangsregeling is complex.
×
Ga nu naar Overzicht wetten - Ga naar wetsartikel:

Wetten, regelgeving en verdragen

Geen wetnummer opgegeven.

Wetten en regelgeving

Verdragen en uitvoeringswetten

Beschikbare Officiële bekendmakingen in de kennisbank:

Informatie

Wanneer er op een icoon is geklikt in een Artikel, dan kan hier extra informatie komen te staan.
Lexicon
BRONNEN