Rechtbank Rotterdam 02-04-2024, ECLI:NL:RBROT:2024:2686

Datum publicatie16-04-2024
ZaaknummerC/10/672481 / KG ZA 24-66
ProcedureKort geding
ZittingsplaatsRotterdam
RechtsgebiedenCiviel recht; Personen- en familierecht
TrefwoordenFamilievermogensrecht; Gebruik woning;
Kinderen; Zorgregeling / omgang / informatie;
Familieprocesrecht
Wetsverwijzingen

Inhoudsindicatie

Partijen hebben tijdens de echtscheidingsprocedure 'birdnesting' afgesproken. Vrouw eist hiervan in kort geding nakoming, nadat de man heeft aangegeven de woning niet meer te zullen verlaten en de sloten van de woning heeft gewijzigd. Hij stelt de woning over te willen nemen. Met dat belang wordt geen rekening gehouden: hij speelt voor eigen rechter door de vrouw de toegang tot de woning te ontzeggen. Hij moet de regeling nakomen, met oplegging dwangsommen. Hij zal de vrouw een sleutel moeten geven.

Volledige uitspraak


vonnis

RECHTBANK ROTTERDAM

Team handel en haven

zaaknummer / rolnummer: C/10/672481 / KG ZA 24-66

Vonnis in kort geding van 16 februari 2024 (bij vervroeging)

in de zaak van

[eiseres] ,

wonende te Hellevoetsluis,

eiseres in conventie,

verweerster in reconventie,

advocaat mr. R. Kuijer te Berkel en Rodenrijs,

tegen

[gedaagde] ,

wonende te Hellevoetsluis,

gedaagde in conventie,

eiser in reconventie,

advocaat mr. M. Verschoor te Rozenburg ZH.

Partijen zullen hierna de vrouw en de man genoemd worden.

1De procedure

1.1.

Het verloop van de procedure blijkt uit:

  • de dagvaarding van 2 februari 2024, met producties 1 tot en met 4

  • de conclusie van antwoord, tevens eis in reconventie, met producties

1.2.

Op 13 februari 2025 heeft de mondelinge behandeling plaatsgevonden. Beide partijen zijn, bijgestaan door hun advocaat, verschenen.

2De feiten

2.1.

Partijen zijn op 25 april 2018 met elkaar getrouwd. Zij hebben samen twee kinderen, [kind 1] (inmiddels meerderjarig) en [kind 2] (nog minderjarig).

2.2.

De man heeft een verzoek tot echtscheiding ingediend. Op 1 mei 2023 heeft de rechtbank, daarop vooruitlopend bij wijze van voorlopige voorziening een door partijen overeengekomen regeling bekrachtigd voor het gebruik van de gezamenlijke woning in Voorne aan Zee. Partijen hebben kortgezegd afgesproken dat zij om en om een week in de woning mogen verblijven, met het wisselmoment steeds op zondag om 19.00 uur.

2.3.

Op 7 januari 2024 heeft de man aan de vrouw te kennen gegeven de woning niet (meer) te zullen verlaten. Hij heeft de sloten van de woning vervangen.

3. Het geschil

3.1.

De vrouw vordert samengevat - ontruiming van de woning door de man, en veroordeling van de man om de op 1 mei 2023 uitgesproken regeling na te komen, op straffe van verbeurte van een dwangsom.

3.2.

De man voert verweer en concludeert tot afwijzing van de vordering. Hij vordert in reconventie te bepalen dat hij het uitsluitend gebruik van de woning zal hebben.

3.3.

Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4De beoordeling in conventie en in reconventie

4.1.

Het geschil tussen partijen ziet op het gebruik van de gezamenlijke woning. Omdat partijen nog geen afspraken hebben gemaakt over de verdeling van de woning in de echtscheidingsprocedure, hebben zij in principe allebei het recht de woning te gebruiken. Omdat partijen kennelijk niet samen meer in de woning kunnen verblijven, hebben zij afspraken gemaakt over het wisselende gebruik.

4.2.

De man heeft inmiddels een verzoek tot wijziging van de voorlopige voorziening ingediend, in die zin dat hij wil dat hem het uitsluitend gebruik zal toekomen. De man heeft daarnaast – voor het eerst – gesteld dat hij de woning wenst over te nemen. De voorzieningenrechter ziet geen reden om met deze belangen van de man op dit moment rekening te houden. De man heeft ervoor gekozen om het heft in eigen hand te nemen en de vrouw simpelweg de toegang tot de woning te ontzeggen, zonder daarbij rekening te houden met de situatie van de vrouw. Zijn vordering in reconventie – die overigens constitutief van aard is – beoogt om de door hem gecreëerde onrechtmatige situatie te laten bekrachtigen. Dat is de wereld op zijn kop. Voor zover de man meent dat er reden is om de regeling met betrekking tot de woning te wijzigen, had het op zijn weg gelegen dat ofwel in overleg met de vrouw te doen, ofwel om een procedure te starten die zou kunnen leiden tot een wijziging van de door de rechtbank getroffen voorlopige voorziening. Op die manier had rekening gehouden kunnen worden met de gerechtvaardigde belangen van de vrouw (en die van de kinderen).

4.3.

De vrouw heeft onweersproken gesteld dat de situatie bij haar moeder thuis, waar zij al verbleef in de weken dat zij niet in de woning kon verblijven en waar zij nu noodgedwongen permanent verblijft, onhoudbaar is. De woning is niet geschikt voor permanente bewoning door vier personen (moeder, de vrouw, [kind 1] en, om de week, [kind 2]). Haar belang om, conform de overeengekomen regeling in elk geval om de week in de gezamenlijke woning te kunnen verblijven, is evident. De omstandigheid dat zij de woning financieel gezien uiteindelijk niet zal kunnen overnemen, is van ondergeschikt belang zolang de familierechter geen aanleiding heeft gezien de voorlopige voorziening te wijzigen. De man heeft op zijn beurt geen zwaarwegender belang om, met uitsluiting van de vrouw, fulltime in de woning te kunnen verblijven. Hij heeft gesteld dat de wisselingen en de ruzies voor hem stressvol zijn, maar dat geldt evengoed voor de vrouw. Dat hij mogelijk geld moet uitgeven om woonruimte te kunnen huren in de perioden dat hij niet in de woning kan verblijven, is onvoldoende zwaarwegend, waarbij de voorzieningenrechter aantekent dat de man – anders dan de vrouw – kennelijk beschikt over een goed inkomen.

4.4.

Dat betekent dat de man de regeling die partijen zijn overeengekomen en die de rechtbank heeft vastgelegd, moet nakomen. De vordering in conventie wordt in zoverre toegewezen. Dat houdt in dat hij de woning om de week op zondag zal moeten verlaten, voor het eerst op 18 februari 2024 en gedurende de week daaropvolgend verlaten zal moeten houden. De in dit verband gevraagde machtiging om het verlaten van de woning af te dwingen, wordt eveneens toegewezen. Nakoming van de regeling houdt ook in dat het de vrouw mogelijk wordt gemaakt om ook daadwerkelijk in de woning te kunnen verblijven. Dat betekent dat, omdat de man de sloten heeft laten vervangen van de woning, hij de vrouw een sleutel zal moeten geven. Indien de man de regeling niet nakomt, verbeurt hij een dwangsom van € 250,- per dag, met een maximum van € 50.000,-.

4.5.

Uit het voorgaande vloeit voort dat de vordering in reconventie wordt afgewezen.

4.6.

Vanwege de familierechtelijke aard van de procedure worden de kosten, zowel in conventie als in reconventie, gecompenseerd in die zin dat partijen ieder de eigen kosten dragen.

5De beslissing

De voorzieningenrechter

In conventie

5.1.

veroordeelt de man tot nakoming van het in de beschikking van 1 mei 2023 opgenomen regeling waarin is bepaald dat partijen om de week van zondag 19.00 uur tot zondag 19.00 uur in de gezamenlijke woning kunnen en zullen verblijven,

5.2.

veroordeelt de man in het kader van de veroordeling onder 5.1 de woning te verlaten, voor het eerst op zondag 18 februari 2024 om 19.00 uur en nadien steeds om de week (3 maart, 17 maart, 31 maart etc) en vervolgens steeds gedurende een week verlaten te houden,

5.3.

machtigt de vrouw de veroordeling onder 5.2 zo nodig met behulp van de sterke arm van politie en justitie zelf ten uitvoer te leggen,

5.4.

veroordeelt de man om een dwangsom te betalen van € 250,- per dag dat hij de veroordeling onder 5.1 en 5.2 niet nakomt, met een maximum van € 50.000,-,

5.5.

compenseert de kosten van de procedure in die zin dat beide partijen de eigen kosten dragen,

5.6.

verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,

In reconventie

5.7.

wijst de vordering af,

5.8.

compenseert de kosten van de procedure in die zin dat beide partijen de eigen kosten dragen.

Dit vonnis is gewezen door mr. Th. Veling en in het openbaar uitgesproken en ondertekend door mr. N. Doorduijn op 16 februari 2024.3144/1980



© Copyright 2009 - 2024 XS2Knowledge b.v. - KVK: 24486465 - Telefoon: 085 744 0 733