Rechtbank Midden-Nederland 18-04-2019, ECLI:NL:RBMNE:2019:2032

Datum publicatie09-05-2019
ZaaknummerC/16/474483 / JL RK 19-63
ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
ZittingsplaatsAlmere
RechtsgebiedenCiviel recht; Personen- en familierecht
TrefwoordenJeugdbescherming / Jeugdwet; Ondertoezichtstelling 1:254 e.v. BW
Wetsverwijzingen

Inhoudsindicatie

Het betreft een tweede tussenbeschikking (zie ook Rb Midden-Nederland 07-03-20191). De kinderrechter concludeert dat de minderjarige nog onverminderd wordt bedreigd in zijn ontwikkeling en dat de huidige situatie, waarin hij al geruime tijd niet naar school gaat, nog niet doorbroken is. Verlenging OTS. Voor de volgende zitting worden de leerplichtambtenaar, passend onderwijs en de directeur van de school waar de minderjarige staat ingeschreven opnieuw opgeroepen om de impasse te doorbreken.

Volledige uitspraak


beschikking

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Afdeling Familierecht

Zittingsplaats: Almere

Zaakgegevens : C/16/474483 / JL RK 19-63

datum uitspraak: 18 april 2019

beschikking verlenging ondertoezichtstelling

in de zaak van

William Schrikker Stichting Jeugdbescherming & Jeugdreclassering, hierna te noemen de gecertificeerde instelling (GI),

gevestigd te [vestigingsplaats] ,

betreffende

[naam minderjarige] , geboren op [geboortedatum] 2006 te [geboorteplaats] , hierna te noemen [voornaam van minderjarige] .

De kinderrechter merkt als belanghebbenden aan:

[belanghebbende 1] , hierna te noemen de moeder,

wonende te [woonplaats] ,

[belanghebbende 2] , hierna te noemen de vader,

wonende te [woonplaats] .

Het procesverloop

De kinderrechter heeft, bij beschikking van 7 maart 2019, de ondertoezichtstelling van [voornaam van minderjarige] verlengd voor de duur van drie maanden. Het meer of anders verzochte is aangehouden tot de zitting van 18 april 2019, voor welke zitting eveneens de leerplichtambtenaar en passend onderwijs worden opgeroepen.

Op 18 april 2019 heeft de kinderrechter de zaak verder ter zitting met gesloten deuren behandeld en gehoord:

- de minderjarige [voornaam van minderjarige] , die apart is gehoord,

- de moeder, bijgestaan door mr. B.V. Rafaela,

- de vader,

- mevrouw [A] namens de GI,

- mevrouw [B] , leerplichtambtenaar,

- mevrouw [C] , passend onderwijs.

De standpunten

Ouders hebben zich ter zitting niet verzet tegen een verlenging van de ondertoezichtstelling. Moeder zou het liefste zien dat er een school wordt gevonden in [woonplaats] , maar zal zich niet verzetten tegen de school in [plaatsnaam] .

De verdere beoordeling

Uit de overgelegde stukken en de behandeling ter zitting blijkt het volgende. De afgelopen periode is het niet gelukt om [voornaam van minderjarige] aan te melden voor onderwijs of dagbesteding. Er is mogelijk zicht op een plaats bij [naam instelling] in [plaatsnaam] . De schoolgang van [voornaam van minderjarige] kan daar rustig en met de juiste begeleiding weer worden opgestart. Op dit moment is deze plek echter onvoldoende concreet en is niet duidelijk of én wanneer [voornaam van minderjarige] daar eventueel kan starten. De kinderrechter vindt het zorgelijk dat, als de school in [plaatsnaam] niet door kan gaan, [voornaam van minderjarige] mogelijk nog verder weg naar school zou moeten en wenst opnieuw zicht op de zaak te houden.

De kinderrechter concludeert dat [voornaam van minderjarige] nog onverminderd wordt bedreigd in zijn ontwikkeling en dat de huidige situatie, waarin [voornaam van minderjarige] al geruime tijd niet naar school gaat, nog niet doorbroken is. Doordat er onverminderd sprake is van een bedreiging in de ontwikkeling van [voornaam van minderjarige] is de kinderrechter van oordeel dat is voldaan aan het wettelijke criterium genoemd in artikel 1:255 van het Burgerlijk Wetboek (BW). De kinderrechter zal daarom opnieuw de ondertoezichtstelling van [voornaam van minderjarige] verlengen voor de duur van drie maanden en het meer of anders verzochte aanhouden tot de zitting van 2 juli 2019. Voor de volgende zitting zal, naast de aanwezigen op de zitting van 18 april 2019, eveneens de directeur van [naam school] worden opgeroepen. Mochten er in de tussentijd concrete ontwikkelingen zijn, dan wenst de kinderrechter hiervan op de hoogte te worden gebracht door de GI.

De beslissing


De kinderrechter:

verlengt de ondertoezichtstelling van [voornaam van minderjarige] tot 22 september 2019;

houdt het meer of anders verzochte aan;

bepaalt dat er opnieuw een zitting zal plaatsvinden op 2 juli 2019 te 13.30 uur, welke zitting zal worden gehouden in het gerechtsgebouw te Almere (adres: De Diagonaal 37, 1315 XK). De griffier zal partijen, de leerplichtambtenaar, passend onderwijs en de directeur van [naam school] hiervoor oproepen;

verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.

Deze beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 18 april 2019 door mr. L.P. de Haas, kinderrechter, in tegenwoordigheid van D. van Garderen als griffier.

Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld:

- door de verzoekers en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak,

- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.

Het hoger beroep moet, door tussenkomst van een advocaat, worden ingediend ter griffie van het gerechtshof
Arnhem-Leeuwarden

De schriftelijke uitwerking van deze beschikking wordt vastgesteld op

Jurisprudentie 1

Rechtbank Midden-Nederland 07-03-2019, ECLI:NL:RBMNE:2019:1124


© Copyright 2009 - 2024 XS2Knowledge b.v. - KVK: 24486465 - Telefoon: 085 744 0 733