Hoge Raad 20-04-2018, ECLI:NL:HR:2018:643

Datum publicatie20-04-2018
Zaaknummer17/00910
ProcedureArtikel 81 RO-zaken
Formele relatiesConclusie: ECLI:NL:PHR:2018:183, Gevolgd; In cassatie op : ECLI:NL:GHSHE:2016:4755, Bekrachtiging/bevestiging
RechtsgebiedenCiviel recht
TrefwoordenFamilieprocesrecht; Devolutieve werking; Uitleg / Haviltex;
Familievermogensrecht; Finale verrekenbedingen art. 1:142-143
Wetsverwijzingen

Inhoudsindicatie

Huwelijksvoorwaarden bevatten finaal verrekenbeding, maar alleen igv overlijden. Vrouw overlijdt na uitspreken van echtscheiding, maar vóór inschrijving van echtscheidingsbeschikking. Hof (Haviltex): pp zijn bij HV ervan uitgegaan dat bij overlijden nog sprake was van solidariteit c.q. affectieve relatie, hetgeen i.c. niet het geval was. Man heeft geen recht op finale verrekening. HR verwerpt cassatieberoep man, met toepassing van art. 81 lid 1 RO

Volledige uitspraak


20 april 2018

Eerste Kamer

17/00910

TT/AS

Hoge Raad der Nederlanden

Arrest

in de zaak van:

[de man] ,
wonende te [woonplaats] ,

EISER tot cassatie,

advocaten: mr. A.H. Vermeulen en mr. A.H.H. Conradi-Vermeulen,

t e g e n

[verweerder] , in zijn hoedanigheid van executeur van de nalatenschap van [de vrouw] ,
wonende te [woonplaats] ,

VERWEERDER in cassatie,

advocaat: mr. J. van Duijvendijk-Brand.

Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als de man en de executeur.

1Het geding in feitelijke instanties

Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar de navolgende stukken:

a. de vonnissen in de zaak C/02/270718/HA ZA 13-751 van de rechtbank Zeeland-West-Brabant van 11 december 2013 en 16 juli 2014;

b. de arresten in de zaak 200.164.751/01 van het gerechtshof 's-Hertogenbosch van 25 oktober 2016 en 8 november 2016.

Het arrest van het hof van 25 oktober 2016 is aan dit arrest gehecht.

2Het geding in cassatie

Tegen het arrest van het hof van 25 oktober 2016 heeft de man beroep in cassatie ingesteld.
De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.

De executeur heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.

De zaak is voor de executeur toegelicht door zijn advocaat.

De conclusie van de plaatsvervangend Procureur-Generaal strekt tot verwerping van het cassatieberoep. Mr. A.H. Vermeulen heeft bij brief van 8 maart 2018 op die conclusie gereageerd.

3Beoordeling van het middel

De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81 lid 1 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

4Beslissing

De Hoge Raad:

verwerpt het beroep;

veroordeelt de man in de kosten van het gedingin cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van de executeur begroot op € 395,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.


Dit arrest is gewezen door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, G. Snijders en C.E. du Perron, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer T.H. Tanja-van den Broek op 20 april 2018.



© Copyright 2009 - 2024 XS2Knowledge b.v. - KVK: 24486465 - Telefoon: 085 744 0 733